‘Monnikdagen’ en Helling
Ik was een paar dagen in de Eifel aan het begin van 2020, dit splinternieuwe jaar. Even een paar dagen ‘monniken’ om te schrijven en te wandelen. Nadat het huisje geboekt was wees zoonlief me op het feit dat er veel sneeuw kon liggen en dat in Duitsland winterbanden of fourseasonbanden verplicht zijn. Een collega wist een goede bandengarage bij mij in de buurt en voila een paar dagen later zaten, voor het eerst in het 10-jarig bestaan van mijn autootje, fourseasonbanden onder het vehikel. Bij sneeuw kon ik me niets voorstellen bij alle natte drab in Holland en nee, er lag geen sneeuw. Geen vlokje. De heenreis had ik het onzalige genoegen uren rechtstreeks in de zon te kijken die uitbundig door mijn voorruit scheen en ik in januari geen zonnebril in mijn auto heb liggen. Ja, ik vond er één in het dashboardkastje, maar een pootje brak af. Daar had ik dus niks aan. Bijna gearriveerd bij het park waar mijn huisje zich bevond moest ik een scherpe bocht maken waarna een pittige helling naar boven volgde. Ik ben geen held met hellingen, weet nooit in welke versnelling ik dan moet rijden, maar er was geen weg terug, ik moest naar boven. Even was de weg weer vlak, maar eenmaal de slagboom te zijn gepasseerd volgde een naar boven kronkelend pad en had ik geen idee hoe hoog ‘mijn’ huisje lag. Die bleek ongeveer op het hoogste punt van het park te liggen. Het is maar goed dat je hart dan zo eigenwijs is om door te pompen, want als het aan mij zou liggen zou het stilstaan met alle consequenties van dien. Met kloppend hart bereikte ik mijn huisje. Om bij de voordeur te komen moest ik nog een pad omhoog dat bezaaid lag met van die rotsachtige steentjes die dan zo lekker onder je banden kraken. Ik verzamelde mijn laatste gram moed en sukkelde met mijn auto naar boven. Manoeuvreerde de auto in een houding waardoor ik, op de dag van vertrek, zo naar beneden kon ‘glijden’, want ik besloot dat ik tot de dag van vertrek alles per voet af zou af leggen. Op zulke momenten haat ik mijn single bestaan, want je moet verd…… alles zelf kunnen en hoewel ik deze rit er goed vanaf had gebracht, en voor heel veel mensen deze helling werkelijk niets voorstelt, had ik liever een ander laten rijden. Feit is dat ik single ben en ik me de goede dingen des levens niet wil laten ontnemen door angst voor hellingen bijvoorbeeld. Waarmee ik allerminst de suggestie wil wekken dat wij – single mannen en vrouwen – een betreurenswaardig bestaan hebben. Nee, maar soms is alles alleen doen tamelijk irritant. Ja, ik hoor een heleboel mensen nu zeggen: ‘Hey, alsof het zo’n feestje is om naast een partner in de auto te zitten die alles anders wil dan jij.’ Dan is de gezamenlijke conclusie dat er voor iedereen momenten zijn waarop het leven tamelijk prut is. De binnenkomst in het huisje maakte alles goed. De verwarming was al voor mij aangezet, het was lekker schoon en ruim, het uitzicht mooi, de tuin prettig privé. Ik zette alle meegebrachte spullen op hun plaats, drukte de senseoknop in en settelde me op de bank. Mijn ‘monnikdagen’ waren begonnen. De eerste dag na aankomst brak de zon nog regelmatig door tijdens de wandeling. De tweede dag was de omgeving in de mist verdwenen en kon ik de looppaden nog net zien. De derde dag kletterde het van de regen en bleek mijn jas niet bestand tegen zoveel vocht. Na elke wandeling moest ik die helling naar ‘mijn’ huisje weer lopen wat na zo’n lange wandeling niet meeviel. Er doemde een legercommando op in mijn brein: ‘links, recht, links, rechts, links,rechts…….en ik dacht: ‘hier heeft ooit iemand over nagedacht.’ Het werkt als een mantra dat zich vastzet in je hoofd waardoor je gewoon door blijft lopen of je benen nou willen of niet. Het voorkomt gedachten als: ‘Verdamd nog aan toe, hoe weit ist es?!! Dat zijn namelijk geen helpende gedachten omdat je lijf het daardoor eerder opgeeft. Maar om nog even terug te komen op de single status wil ik een collega citeren. De werkdag voor kerst nam zij van iedereen afscheid met de volgende tekst: ‘Ik wens je alles wat je nodig hebt om deze dagen goed door te komen.’ En hoewel het best hilarisch ontvangen werd wisten we natuurlijk heel goed wat ze bedoelde. We bedachten dat het een goed idee zou zijn om nieuwe alternatieve teksten te verzinnen voor allerlei feestdagen. We weten inmiddels dat dagen als deze echt niet door iedereen met open armen worden ontvangen. Er zullen heel veel mensen zijn die denken: ‘Wie lange dauert das?’ Bij deze dus een oproep voor nieuwe teksten waarin ook door mag klinken dat op dagen als kerst, Valentijn, Pasen en zomervakanties het best heel erg oké is om fijn alleen te zijn. Wellicht helpt ander taalgebruik op deze manier ook tegen eenzaamheid en mag alleen-zijn oké en leuk en gezellig zijn, of verdrietig en is dat ook helemaal oké.